Scheren


Vachten kunnen in een dusdanig slechte conditie zijn dat scheren de enige optie is die over blijft.

Een vervilte vacht laat geen lucht meer door en zit zo vast dat bewegen moeilijk en pijnlijk is.

Kammen is niet meer mogelijk bij vilt.

 

Als wij scheren, scheren wij alleen het lijfje van de kat, er zal 1,5 mm haar op blijven zitten.
Uw kat wordt dus niet volledig kaal.

De poten, kop en staart scheren wij niet, mits deze niet vervilt zijn.

Een kat kan zijn staart als lichaamsvreemd gaan zien als er geen haar op zit.

Daarnaast zijn dit gevoelige plekken, dus als de vacht hier behouden kan blijven, doen wij dit altijd.

 

Soms is de kat nog niet volledig vervilt, maar heeft de kat last van vervilte klitten. 

In dit geval scheren wij de klitten eruit en kunnen we de rest van de vacht behouden en ontwollen,

om klitten te voorkomen.

 

Regelmatig herkennen eigenaren vilt niet, omdat ze denken dat ze de huid voelen, maar dit in werkelijkheid een viltlaag van de vacht is. Het is belangrijk om deze vergissing niet te maken.

 

Met het juiste onderhoud en materiaal zijn klitten met vilt tot gevolg te voorkomen.

 

Indien het afscheren van de vacht niet (medisch)noodzakelijk is, doen wij dit niet.

O.a. warmte of haarverlies zijn geen redenen om te scheren.